Historie
De Collecties Nederlands Muziek Instituut vormen een centrale functie in het veld van het Nederlands muzikaal erfgoed voor studie, wetenschappelijk onderzoek, nieuwe toepassingen en genot. De collecties maken deel uit van de bijzondere collecties van het Haags Gemeentearchief en met de infrastructuur van het HGA worden ze verzameld, beheerd en voor het publiek toegankelijk gemaakt.
De Collecties NMI zijn ontstaan door het in 2000 samengaan van drie historische papieren collecties over muziek in het algemeen en Nederlandse klassieke muziek in het bijzonder: de muziekbibliotheek en muziekarchieven van het Haags Gemeentemuseum en de muziekdocumentatieverzameling van de Stichting Musica Neerlandica.
Haags Gemeentemuseum
De muziekbibliotheek is in eerste instantie vanaf eind 19e eeuw bijeengebracht door de Haagse bankier Daniël François Scheurleer (1855-1927) en vormde het hoofddeel van een encyclopedische collectie boeken. Deze selectie voorzag in een royale bron voor de ontwikkeling van de muziekwetenschap en tegelijkertijd een vernieuwing van de muzikale praktijk in Den Haag.
Enkele jaren na zijn dood, na het faillissement van het bankiershuis Scheurleer en Zoonen, werd de bibliotheek van Scheurleer in samenhang met zijn eclectische verzameling muziekinstrumenten en muziekiconografische collectie aangekocht door de gemeente Den Haag en ondergebracht in het Haags Gemeentemuseum. Hier nam de eerste conservator Dirk Balfoort (1886-1964) voor het kunnen uitoefenen van historiografie ook de verzameling van archieven van Nederlandse componisten, musici en instellingen op.
De Haagse violist Willem Noske (1918-1995) initieerde zijn collectie Musica Neerlandica nadat hij door toedoen van Balfoort gepassioneerd geïnteresseerd was geraakt in de Nederlandse muziekgeschiedenis. In de loop van enkele tientallen jaren wist hij een groot aantal uitgaven met en over Nederlandse muziek, vooral uit de periode 1850-1950, en daarbij een aantal muziekarchieven bijeen te brengen. Onderdeel van de Collecties NMI is eveneens zijn fraaie collectie vioolmuziek Casa del Violino.
Stichting Nederlands Muziek Instituut
Met de verzelfstandiging van het Haags Gemeentemuseum en uitgaande van vernieuwende ideeën werd in 1999 ook een tweede nieuwe stichting met de naam Nederlands Muziek Instituut opgericht. De hierin ondergebrachte muziekcollecties van het museum, met uitzondering van de kunstobjecten, en Musica Neerlandica verhuisden in december 2000 naar het gebouw van de Koninklijke Bibliotheek. In 2006 volgde eveneens de verzelfstandiging van het instituut waarmee het een eigen subsidierelatie met de gemeente Den Haag verkreeg en het los kwam van het Gemeentemuseum.
In 2008 wees het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het NMI aan als sectorinstituut voor het nationale muzikale erfgoed. Met de inwerkingtreding van de nieuwe subsidieregeling Culturele Basisinfrastructuur in januari 2013 verviel echter de functie van sectorinstituten en daarmee de rijkssubsidie aan de stichting. Vanwege budgetbeperkingen werd in dat jaar ook de subsidie van de gemeente Den Haag verminderd. Het gevolg was dat het instituut niet meer zelfstandig kon blijven bestaan. Na reeds lopende gesprekken met de gemeente Den Haag en het in 2016 samengaan met het Haags Gemeentearchief konden de muziekcollecties voor een verdere ontwikkeling als een geheel behouden blijven.
De stichting beëindigde haar rol als werkgever en collectiebeheerder waarbij zij zich hernieuwd gevormd heeft als ondersteuningsstichting voor muzikaal erfgoed.
Meer lezen
- Clemens von Gleich (1985), Over het ontstaan van de Muziekafdeling. Portret van de verzameling-Scheurleer, Haags Gemeentemuseum, Den Haag
- Frits Zwart (2006), 'Erfgoedinstituut voor muziek. Het Nederlands Muziek Instituut', in: Mens en Melodie, 3/6 2006
- Freek Heijbroek (2021), 'D.F. Scheurleer en zijn collecties', in: Eenmaal, andermaal! Boekveilingen van enkele bijzondere Nederlandse collecties in de twintigste en vroeg-eenentwintigste eeuw, [Lustrumboek van het Nederlands Genootschap van Bibliofielen], Uitgeverij de Buitenkant, Amsterdam
Zie ook
- Kunstmuseum Den Haag > deelcollectie Muziekinstrumenten en muziekiconografie